Doorslaan in accuratesse
Accuraat kunnen en willen werken is een talent; accurate mensen werken ijverig, zeer nauwkeurig, zijn vaak ambitieus, gedreven en gedisciplineerd. Als collega ben je betrouwbaar en kwaliteitsgericht. Accurate medewerkers hebben minder last van uitstelgedrag en halen vaker deadlines. Het risico zit in het doorslaan in accuratesse; wat als je te perfectionistisch wordt?
Perfectionisme
Als perfectionist sla je door in de kwaliteit ‘accuratesse’; niks is goed genoeg en het gevoel van faalangst komt om de hoek kijken. Nadelen van perfectionistisch werken zijn een verhoogd stressniveau, moeite met delegeren of loslaten en dus te lang aan iets doorwerken, te veel focussen op wat (nog) niet lukt en niet genieten van de successen.
Ook als het gaat om samenwerken met anderen kan perfectionisme in de weg staan. Omdat je hoge eisen stelt aan jezelf, verwacht je dat ook van anderen. Je kunt oordelend zijn naar (het werk van) anderen, de ander niet goed vertrouwen of de competitie aangaan met collega’s. Dit kan de relatie met collega’s in de weg staan.
Kort gezegd bestaan er twee soorten perfectionisme: niet- aangepast of maladaptief perfectionisme, waarbij de perfectionist de top wil bereiken, maar constant de angst heeft om daarin te falen. En aangepast of adaptief perfectionisme, waarbij de perfectionist graag hoge doelen wilt bereiken, maar het kan accepteren als dit niet lukt.
Balans adaptief en maladapief perfectionisme
Het is dus belangrijk om de balans tussen accuraat werken en perfectionisme in de gaten houdt. De volgende vragen kunnen je hierbij helpen:
- Om welke taak gaat het en wat is het belang hiervan?
Een hersenoperatie heeft een ander belang dan het plakken van een postzegel. Perfectionisme is voor een chirurg van groot belang, terwijl het zonde van de tijd is om 10 minuten te besteden aan het recht plakken van een postzegel. - Welke kwaliteit wordt er van mij verwacht?
Toets je eigen verwachtingen met die van een ander. Bijvoorbeeld je collega of leidinggevende. Stem af welke kwaliteit goed genoeg is en probeer dat ook te accepteren. - Is wat ik verwacht realistisch?
Als je pas net in een nieuwe functie begonnen bent, is het dan realistisch dat je alles al goed doet? Of mag ik wel van mijn collega verwachten dat hij net zo veel tijd aan de taak besteedt als ik? Zijn er zaken buiten mijn invloed die er voor zorgen dat ik mijn werk niet perfect kan doen? - Is het erg als iets niet 100% lukt?
Of kan ik het accepteren en er iets van leren voor de volgende keer? Zorgt één spelfoutje ervoor dat het hele rapport is verpest? - Als een goede vriend deze kwaliteit had geleverd, wat zou ik dan tegen hem of haar gezegd hebben?
Jezelf door de ogen van een ander te bekijken kan helpen met perspectief krijgen voor je eigen situatie. Als je een kwaliteit van 80% accepteert van een ander, waarom dan niet van jezelf? Om je hierbij te helpen kun je deze feedback ook vragen aan vrienden of collega’s die je vertrouwt.
Door je eigen perfectionisme uit te dagen met bovenstaande vragen wordt je streefbeeld wat realistischer. De RET methodiek is hier een uitstekende methode voor.
Oorzaken van perfectionisme
Perfectionisme heeft diverse oorzaken en is vaak een gevolg van meerdere dingen. Perfectionisme kan voortkomen uit je persoonlijkheid of genen. De één is nou eenmaal meer nauwkeurig dan een ander. Ook jouw levenservaringen, jouw biografie, speelt mee in het ontstaan van perfectionisme. Wellicht heb je in je schooltijd of bij die ene docent geleerd dat 99% goed, niet goed genoeg is. En tenslotte heeft jouw systeem, jouw achtergrond, de context waarin je bent opgegroeid, invloed op het ontstaan van perfectionisme. Als oudste kind van je ouders had jij misschien het gevoel je ouders niet teleur te willen stellen. Het inzicht in de oorzaak van jouw perfectionisme kan nuttig zijn als je je perfectionistische patroon wilt doorbreken. Je zal het makkelijker en sneller herkennen als je begrijpt waar het vandaan komt.
Tips voor perfectionisme
Wat betreft concrete tips voor perfectionisme wenden we ons tot de Amerikaanse klinisch psycholoog Jeff Szymanski. Hij onderscheidde gezonde perfectionisten (adaptieve) van ongezonde perfectionisten (maladaptieve) door de volgende vaardigheden:
- Opbouwende zelfkritiek
Ongezonde perfectionisten ranselen zichzelf af als ze een fout maken, gezonde perfectionisten oordelen eerlijk maar mild over zichzelf. Ze steken hun energie liever in de vraag waardoor het fout ging en hoe het de volgende keer beter kan.
- Ordelijkheid als hulpmiddel en niet als doel
Een goed georganiseerd archief is goud waard; een archief dat zoveel subcategorieën kent dat gegevens wegbergen een lastige klus wordt, vreet vooral tijd. Vraag jezelf dus af, steeds als je zucht naar orde de kop opsteekt, wat de meerwaarde is.
- Realistische kijk op je eigen vaardigheden
De tienduizend-urenregel van de Amerikaanse psycholoog K. Anders Ericsson leert dat je pas echt goed wordt in dingen waarin je veel tijd én gerichte training steekt. Het is dus per definitie onmogelijk om ‘overal’ goed in te zijn.
- Om hulp of feedback vragen
Het is geen teken van zwakte; je laat er juist mee zien dat je leergierig bent. Vaak wordt het werk er alleen maar beter van als je het al in een vroeg stadium voorlegt aan iemand wiens oordeel je vertrouwt. Bang dat je de reacties niet aankunt? Spreek van tevoren met jezelf af dat je er inhoudelijk niet op in hoeft te gaan. Het is voldoende om vriendelijk ‘bedankt’ te zeggen en alles na afloop nog eens rustig te overwegen.
- Op tijd stoppen met een taak
Een van de grote fouten die perfectionisten maken, is te denken: als een beetje van iets goed is, is meer ervan beter. Niet dus! Een tekst één keer op fouten checken levert een enorme kwaliteitsverbetering op, daarna neemt de opbrengst snel af. Sta dus geregeld stil bij de vraag of jouw inspanningen nog wel in verhouding zijn met de opbrengst.
Wil je meer weten over het onderwerp perfectionisme? Onderstaande boeken bieden interessante informatie en tips.
Jeff Szymanski, The perfectionist’s handbook
Brené Brown, De kracht van kwetsbaarheid
Theo IJzermans & Roderik Bender, Hoe maak ik van een olifant weer een mug
Anke